Weer thuis, dus verslagjes in te halen - Reisverslag uit Heemskerk, Nederland van Willeke Zeijlemaker - WaarBenJij.nu Weer thuis, dus verslagjes in te halen - Reisverslag uit Heemskerk, Nederland van Willeke Zeijlemaker - WaarBenJij.nu

Weer thuis, dus verslagjes in te halen

Door: Willeke Zeijlemaker

Blijf op de hoogte en volg Willeke

09 Februari 2014 | Nederland, Heemskerk

Lieve allemaal,
Eindelijk heb ik jullie reacties kunnen lezen. Slechts 1 x kreeg ik internet verbinding om een eerste verslagje te kunnen plaatsen.
Het is jammer, maar het lukte met geen mogelijkheid meer. Telefonisch contact was ook niet mogelijk met mijn gedateerde mobieltje. Ik heb na een week een nieuwe gekocht.
Zo was ik de wereld te rijk met het thuisfront.
Nu heb ik al jullie reacties gelezen en het doet me goed! Jullie weten half niet hoeveel. Heel erg bedankt!
De terugreis, waar ik erg naar verlangde, viel nog bijna in het water door, eh tja, zeg maar een kleine denkfout…
6 februari om kwart voor 3 in de nacht was de vertrektijd van mijn vliegtuig vanuit Douala. Dit had ik in mijn hoofd geprent. Op zich klopte dit.
Robinson, die me onlangs naar Korup Forest heeft gebracht, vroeg me hoe laat hij me naar het vliegveld moest brengen. 6 februari 22.00 uur leek ons beiden een goede tijd.
Woensdagmiddag om drie uur ( 5 februari) vroeg Ainaire me naar de vertrektijd. En ineens zag ik mijn vliegticket (zelfs in kleur) zeer helder voor me. Vertrektijd 02.45 uur the 6th of februari.
Dat betekende dat ik me een nacht vergist had en dat ik deze avond om 22.00 uur moest vertrekken en niet de volgende avond...
Alle rust na een intensieve werkdag was als bij klokslag verdwenen.
Snel afscheid nemen van de verzorgers die er die dag waren. Ook zij waren overdonderd.
Glenn had een zandschilderij voor me gemaakt en hoopte dat de lijm droog was.
Gelukkig was dit het geval. Lolu de peuter chimpansee staat hierop afgebeeld. Ik ben heel blij met deze fijne herinnering.
De dieren kon ik niet nog een keer zien, want ik moest als de wiedeweerga mijn terugreis voorbereiden.
Ik heb het vaak erg warm gehad, maar deze avond liep het zweet letterlijk in stralen uit mijn lijf.
Maar nu ben ik thuis en heel blij en gelukkig met mijn lieve familie, vrienden en collega’s!

Ik heb in Kameroen een aantal verslagjes in Word gezet en zet ze er daarom er toch nog maar bij.
Ook probeer ik een samenvatting te maken van de overige dagen voor degenen die het toch nog leuk vinden om te lezen.

5 januari, zondag
De laatste dag in de keuken
Er moest brood gehaald worden, dus op tijd uit de veren.
De honden Romeo en Mama begroetten me kwispelend en duwden hun natte snuiten tegen mijn benen.
De bewaker Daniel was nergens te bekennen.
Er stond een grijs autowrak op het terrein. De ramen waren erg vies, maar ik kon nog net het silhouet van de opgevouwen Daniel op de achterbank zien liggen.
Vervelend, maar ik was genoodzaakt om hem voorzichtig wakker te maken. Zonder passende sleutel kwam ik de poort immers niet uit.
Hoe pak ik dat aan? Het voelde wat ongemakkelijk om een bewaker te moeten wekken. Hij hoorde me niet, dus ik schudde zachtjes aan zijn been…Pff, hij werd wakker zonder al te hard zijn hoofd te stoten van de schrik.
Het winkeltje op de hoek was open. Ik hoefde nu niet ver, want ik had nog een brood te goed.
In het WLC werkte ik nog een dag mee in de keuken om het fruit voor te bereiden.
Bij de bananen opslag ontmoette ik Hermine. Een beetje verlegen jonge vrouw.
Als er een tekort aan rijpe bananen is, dan worden de onrijpe bananen gekookt en krijgen de dieren deze als ze afgekoeld zijn.
Dekka vroeg of ik de kruiwagen met de groene bananen naar de keuken wilde brengen, zodra ik klaar was met uitzoeken van rijpe bananen. Zelf nam hij ook een kruiwagen mee. Oké, dat was goed.
Maar ik had bedacht, om de volgende kruiwagens af te slaan. Ik vond dat ik daar een goede reden voor had, gezien het gewicht en het lastige manoeuvreren over het ongelijkmatige pad. Ook voelde het niet goed toen ik gisteren de 3 e piepende krakkemikkige kruiwagen met veel zweten en zwoegen bijna boven had gebracht en 3 verzorgers onderuitgezakt op een plastic stoeltje naar me zaten te kijken. Ik kreeg het voor elkaar omdat ik voor de heuvel een aanloopje nam. Het moet een amusante vertoning zijn geweest. Maar alleen zo lukte het me om niet vast te lopen op de puntige stenen. Wellicht waren ze aan het uitrusten na hun eigen zware gedane arbeid, maar toch…
Mijn klomp brak, toen ik vastliep op een steen, en Hermine op haar Afrikaanse dooie akkertje, me doodleuk glimlachend voorbij liep. Met enkel en alleen in haar hand een paar rode werkhandschoenen, die ze gracieus wapperend met haar meedroeg.
Dekka had alle begrip toen ik zei, dat het voor mij de laatste kruiwagen voor vandaag was.
Om 9.15 uur had ik het gevoel dat het middag was.
Mijn handen zaten vol prikkertjes van de ananas. Uit het heft van het hakmes stak een scherpe punt die tijdens het hakken een rode put in de palm van mijn hand veroorzaakt had.
De klus was tegen lunchtijd geklaard.
Tegenover de keuken is het verblijf van de ongeveer 90 drills van alle leeftijden.
De hele dag had ik wel naar de drills kunnen kijken.
Er is veel activiteit in het verblijf van de drills. Ze spelen en dagen elkaar uit. Rennen achter elkaar aan. Vlooien elkaar. Sommige zitten te slapen. De jonge drills halen de gekste capriolen uit aan de touwen en op de verhoogde platforms.
De man - drills imponeren elkaar door hard met handen en voeten op de platforms te gaan springen.
Ze showen fier hun blaauw roze achterwerk.
Een aantal drills op rij, zaten met hun gezicht bijna tegen de muur. De ruggen naar me toegekeerd. Het leek of ze in gebed waren bij de Klaagmuur. In werkelijkheid waren ze gefascineerd door de smakelijke insecten, die ze uit de gaatjes peuterden.
Een drill liet zijn scherpe tanden aan me zien. Het kon betekenen dat hij naar me lachte. Nou, dat hoopte ik dan maar. Ik glimlachte wat onzeker terug.


De lunch voor het personeel bestond uit rijst met af en toe een rood en groen stukje van het één of ander.
Nog steeds, niet echt iets voedzaams gegeten, dus toch maar een hapje proberen. De food lady dacht dat ik het wel aan zou kunnen. Mijn mond stond echter tijdens de eerste hap al in lichterlaaie. Gelukkig had ik een fles water bij de hand om de boel te blussen.
Mandy, een vrijwilligster uit Nederland, was gearriveerd.
We zijn samen naar Limbe gegaan. Het was druk en lawaaiig.
We wilden naar het restaurant bij de zee, waar ik gisteren was geweest. Voor mij, een twijfel gevalletje…linksaf of rechtdoor…
We kwamen bij de zee, maar geen restaurant.
We zagen een prachtige ijsvogel. Deze maakte de lange wandeling de moeite waard.
Op de terugweg nog iets fris uit een fles van 0,75 cl gedronken onder de Kameroeners.
Morgen ben “ik uit de quarantaine” en mag ik kijken en eventueel ingedeeld worden op de afdeling quarantaine.

6 januari, maandag
De afdeling guenons
Vandaag maar het oude droge brood van gisteren gepakt. Nutella uit Nederland erop en klaar. Paar slokken water.
Ik stond op tijd klaar met al mijn spullen. Laptop, rugtas, laarzen, en de lege waterflessen bedoelt voor enrichments voor de guenons. Dat wil zeggen dat ik ging proberen vandaag de aapjes te verrijken. O.a. de putty nosed monkeys, mangabeys, mona monkeys.
Primaten met een staart worden monkeys genoemd en zonder staart de apen.
Johnson was mijn begeleider.
We haalden honing uit een winkeltje van de botanische tuin aan de overkant van LWLC. We hadden geluk. Er was nog 1 fles te koop. Onderweg vele handen geschud.
Daarna nog pinda’s en touw gekocht.
De hokken werden schoongemaakt. De monkeys werden in een deel van het verblijf opgesloten d.mv. een schuifhek in het midden. Zo konden we het hok schoonmaken.
Er is 4 x per dag voedertijd. Fruit, verschillende soorten bladeren en groenten.
Er is gevaar dat ze bijten en krabben en zo konden de hokken met een veger van dunne sprieten, de broom, worden schoongeveegd. De ontlasting, fruitschillen en oude bladeren veegde je hiermee op en grote schep zonder stok en dan in de emmer.
Een emmer water erover. Schrobben met de broom en dan weer water.
De mangabeys zijn razend snel. Ze probeerden me te pakken met hun grijphandjes. Aan de andere kant op een 1 ½ e meter afstand was het buitenverblijf van de gorilla’s. Groep 2. Eén zat te hengelen met een stengel van de elephant leave naar mijn camera. Ze zat er rustig bij. Zoals een echte visser betaamd. Maar enige onoplettendheid en ze zou mijn camera aan de haak slaan.
We werden gescheiden door de elektrische afscherming. Je moet er toch niet aandenken dat nu de stroom uitvalt…Of gaat dan direct de noodgenerator aan?
Het was goed uitkijken. Wat een enorm dier. Zo indrukwekkend. Die grote handen en voeten. Het is beter om haar niet in de ogen te kijken, maar van haar weg te kijken. Haar gezichtsuitdrukking…zo menselijk…Eigenlijk wil je juist wel naar de ogen kijken.
Daar zat een persoonlijkheid, die zorgde dat ik me even heel klein voelde. Respect werd me onmiddellijk afgedwongen.
Eén van hen, de baas zo te zien, gooide plotseling een steen over het hek. Volgens mij vond hij het niet leuk dat een vreemde zo dichtbij kwam.
De bananen had ik inmiddels bij de mangabeys tussen het gaas gestoken.
Ook bij hen is het opletten geblazen. Ze moeten aan me wennen. Eén van hen kijkt me aan en zet afwisselend de rechter en de linker voorpoot neer en wiegt met zijn hoofdje en schouders mee. Volgens Johnson wil hij weten wie ik ben. Hoe leg ik dat één, twee, drie uit?
Ik aap wat geluiden na, als ik denk dat het vriendelijk is. Het voelt zo onbeleefd om niks terug te zeggen…
Sommigen lijken getraumatiseerd. Er zijn erbij die proberen je hand te pakken als je voedsel tussen de tralies stopt. Dan moet het snel gebeuren. Ze hebben dan langere armen en vingers dan je denkt. En zijn sterk.
In de middag gaan we “de verrijking” maken. In de grote keuken.
Eerst op zoek naar rijpe bananen. Alles nemen we mee, wat we ervoor verzameld hebben.
Ik krijg een stoel en Johnson zit opeen stukje boomstam. Bananen pellen en helemaal fijn knijpen tot pap. De pinda’s en daarna een halve liter honing erbij. Alles in een plastic teil. Met onze handen mengelden we alles tot moes.
Later kom ik te weten dat zoveel honing niet goed is, omdat het bijzonder moet blijven. Honing wordt gebruikt om medicijnen te geven.
Ik krijg een akelig mes om gaten in de flessen te snijden. Gelukkig had ik een schaar mee. Dit ging beter. Johnson sneed plotseling in zijn vinger. Het bloedde flink, maar een papieren zakdoek eromheen en het stopte snel. Schoonspoelen, desinfecteren…allemaal niet nodig.
Daarna vulden we de flessen met de smurrie tot het eerste gat. En dan nog het touw om de hals. Op een speciale manier geknoopt. De flessen knoopten we aan de kooien.
De aapjes vonden het heerlijk. Het was grappig om die gretige vingertjes aan het werk te zien

Dinsdag 7 januari,
Gorilla in bad

In alle vroegte ging ik naar de bakker. Het was nu nog een beetje koel.
De vogels tjirpten en floten. En “oe,oe –den er op los. Vroege vogel geluiden, die in Nederland nooit te horen zullen zijn.
Helaas had ik geen verrekijker bij me. Dan zou ik de prachtige kleuren beter zien. Ik had niet verwacht dat er zoveel vogels in mijn nabijheid zouden zijn.
Regelmatig zie ik ijsvogels in de tuin en buizerds in de altijd bewolkte lucht. Soms hoor ik er één dichtbij mauwen. Er valt hier wel een hapje te halen. Ratten! In en om het huis. Je ziet ze rennen.
Mooie grijze ratten.
Het vrijwilligershuis staat tussen andere huizen aan een onverharde weg in een redelijk groene omgeving. Het is een rijke buurt, waar oud-militairen wonen. Hier is het veiliger dan elders, omdat niemand het durft te wagen hier iets uit te vreten. De straf zou des te groter zijn.
Toch kan je ook hier niet alleen in het donker lopen werd me gezegd.
In de vroege ochtend, lopende langs de hoofdweg op weg naar de bakker , zag ik een man een steen oppakken. Hij maakte een venijnige gooi beweging naar een magere bruine hond. Het was misschien omdat hij mij zag kijken, dat hij niet gooide. Ik weet het niet. De arme hond kwam er goed vanaf.
In een grote zwarte poel stonden 2 mannen hun motor schoon te maken. Al eerder had ik daar midden in het water 3 auto’s zien staan. Er achter loopt een rivier, waar mensen even verderop normaliter hun was doen en zichzelf een wasbeurt geven.
Fijn voel ik me niet langs deze weg. Niemand kijkt me aan bij het passeren. De gezichten staan strak of mat.
Toch zeg ik good morning en krijg meestal een flauw good morning terug zonder aangekeken te worden. Of een beetje slinks.
Auto’s met stinkende zwarte uitlaatgassen rijden rakelings langs me.
Bij de bakkerij hadden de verkoopsters al dezelfde uitdrukking op hun gezicht.
Een man kroop voor zijn beurt. Een gewoonte hier geloof ik. Over een poosje zal ik assertiever zijn…
Vandaag was Johnson opnieuw mijn begeleider.
Gedurende de dag verwenden we de guenons met bananen, papaja’s, olifantsbladeren, ananas en pinda’s.
De pinda’s werden in de hokken tussen de struiken gegooid. Zo hadden ze wat te zoeken. Deze afleidingsmanoeuvre gebruikte Johnson om in het hok te kunnen gaan en het schoon te maken .
De olifantsbladeren lijken op rietstengels. Het blad ziet er frisser uit. De lange dunne bladeren aan de stengels zijn scherp en je voelde een irriterende prikkeling aan je huid na aanraking. Ik ging daarom niet mee het veld in. Je moest echt een shirt met lange mouwen aan hebben.
Johnson verdween met een machete tussen het hoge lichte groen. Hij kwam terug met een flinke bos bladstengels op zijn rug. Zo verdween hij nog een keer en de kruiwagen was boordevol.
De sappige stengels waren gewild.
Doordat er 4 x voedertijd was, kregen ze ook met regelmaat de aandacht.
De guenons verblijven in kooien ,die via een bruggetje over een riviertje voor de verzorgers te bereiken zijn. Publiek mag hier niet komen. Van een ruime afstand zijn de kooien te zien.
Tussen het schoonmaken van de kooien en het voederen door heb ik tijd om de dieren te observeren en foto’s te maken.
In de gorilla groep 1 heeft gorilla Chella, tijdens een flink onderonsje, een flinke wond gemaakt in de arm van gorilla Pitchou.
In andere groep gaat het er vriendelijker aan toe. De gorilla, Arno genaamd, die een steen naar me gooide accepteerde nu dat ik bleef kijken. Ik stelde me wat bescheidener op…Er werd niet meer met stenen gegooid.
Hij had een fris waterbad gekregen en had het enorm naar zijn zin. Hij spetterde erop los. Sloeg het water keihard om zijn oren, rolde er doorheen of sprong van een afstand met een plons er midden in. Arno verstopte zich onder gedroogde olifantsbladeren en spoelde deze er al rollend vanaf. Zijn zwarte borst glom in de zon. De waterdruppels glansden op zijn dikke vacht.
Borstgetrommel.. . de hoge en brede vorm van zijn hoofd,… zijn gespierde lijf… Wat een oerkracht!
Als je er een kampioen zwaargewicht bodybuilder naast zou zien, dan zou het een sneue vertoning zijn, vermoedde ik.
De andere gorilla’s bleven ver uit mijn buurt, waardoor ik de kans kreeg tussen de elektrische draden door foto’s te maken. Ietsje afstand natuurlijk, om een schok te voorkomen.
Tijdens de lunchpauze is het een feest om de grotere gorilla groep te zien vanaf een hoogte.
Hier kan je foto’s maken zonder steeds de elektrische bedrading voor je lens te hebben.
De gorilla’s hebben een ruim buitenverblijf. Tussen de hoge bomen hangen dikke touwen, waar ze kunnen zwieren en zwaaien en van boom tot boom kunnen klauteren.
Tot een bepaalde hoogte, dan zijn de bomen ook voorzien van stroom. Dat is nodig, anders klimmen ze het verblijf uit.
De verzorger Tsiu heeft me de namen van deze groep gorilla’s verteld.
De man Chella, de 4 vrouwen, Emma, Akiba, Brither en Nyango en 2 baby gorilla’s,Balinga en Atimbi.
Het zijn Westelijke Laaglandgorilla’s. Behalve Nyango. Zij is een Cross Rivergorilla.
Brither is de moeder van Balinga en Atimbi.
Chella is een dominante man. Hij heeft vandaag Pitchou gebeten. Deze heeft nu een lelijke wond aan zijn elleboog.
Na de pauze ging ik met Johnson ijsjes maken. We hadden nog honing over. In de ochtend had ik opnieuw pinda’s gekocht. Bananen erbij. Hetzelfde recept, maar dan in de vrieskist in plastic bekers invriezen. Het enrichment voor een andere dag.

Woensdag 8 januari,
Eve en mijn camera

Vandaag werkte ik op de afdeling quarantaine. Benson en Kylli waren mijn begeleiders.
Eerst rijpe bananen uitgezocht bij de opslag. De opslag is naast de quarantaine dus weinig hindernissen met de kruiwagen.
Met Kylli ging ik naar de schildpadden. Ik mocht met de broom (sprietenbosje) de drinkbak schoon- en leeg vegen en bijvullen met water.
Het is een kunst om de broom te hanteren. De sprietjes worden met een ringetje bij elkaar gehouden en verschuiven snel als je het niet goed vasthoudt. Dan valt het bosje opeen uitelkaar als je het niet tijdig met je handpalm bij elkaar stampt. Het is bij verkeerd gebruik niet slijtvast…
De grote drinkbak van de bushbuck en de 3 duikers was aan de beurt. Alle viezigheid werd uit het verblijf gehaald.
Deze verblijven waren tegenover de quarantaine.
Daarna gingen we de afdeling op. Er staan kleine kooien. Eve, de wat vadsige chimpansee, heeft een wat grotere kooi. De andere 5 chimpansees zijn samen en hebben behalve de kooi ook een verblijf waar ze lekker kunnen ravotten. Ze kunnen boven op palen over de muur naar buiten kijken. De hoofdweg loopt hier langs.
Er zijn 4 baby/peuterchimpansees. Zo schattig. Billy, Lolu, Yab Yen en Mayo. Ka is de volwassene van het stel.
Er zijn kooien met mangabeys en putty nosed monkeys. Ook 3 baby’s.
Een drill, Johanna, met diabetus mellitus. Zij komt niet van haar plek af. Ze is zeer slechtziend. Ze krijgt elke dag insuline. Ze mag geen zoete vruchten. Ik heb met haar te doen. Ze is heel lief.
Er is een éénogige putty nose monkey.
Er zijn 2 jonge civet katten, 5 baby dwarfkrokodillen en een jong stekelvarken.
Bambi, een baby bushbuck, kreeg de fles melk met een speen. Zij zit in een klein hok, afgeschermd met houten platen.
Ze is heel angstig en schrikachtig en mag daarom niet te veel prikkels van buiten krijgen.
Ze spartelt enorm tegen als ze eruit gehaald wordt. 4 pootjes lijken dan erg veel. Als de melk op is, gaat ze onder veel gespartel weer het hok in.
De dieren krijgen veel aandacht en een liefdevolle verzorging.
Nu zijn ze voor 3 maanden in de quarantaine. Als alles goed gaat en de onderzoeksresultaten zijn bekend en goed, dan worden ze elders in het opvangcentrum geplaatst of als het kan in de forest.
Vaak is het moeilijk om een goede leefomgeving in de natuur te vinden.
Er is sprake van aankoop van een stuk rainforest in Mount Cameroon, maar voor mij is het onduidelijk voor welke dieren en wanneer. De antwoorden blijven vaag.
Ik begreep, dat de regering een flinke vinger in de pap heeft in deze.
Er werken hier mensen voor de regering en voor de organisatie.
De mangabeys mannetjes, dagen me uit. Het liefst willen ze me in de haren vliegen. Soms laten ze hun scherpe tanden zien.
Ze gaan van het ene in het andere hok, als we gaan schoonmaken.
Het schoonmaken gaat me niet van een leien dakje. Het bosje sprietjes valt af en toe bijna uit elkaar. Een schep met ontlasting, schillen en doordrenkte slierten bladeren wegen best zwaar.
Het is heel wat anders dan het hanteren van een stoffer en blik.
We dragen rubberlaarzen, rode werkhandschoenen en een mondkapje. Het mondkapje is nodig omdat je spetters in je gezicht kan krijgen.
In de ruwe betonnen vloer zitten gaten, waar al het vuil in blijft hangen en steken. Het bukken is vermoeiend voor je rug. De planken die druipen van het water en verdunde ontlasting… Af en toe krijg je een straaltje over je hoofd. Alles is wennen en rekening houden met. Je hoofd, arm, been en wat al niet meer…alles kan je stoten in de kleinere kooien. Blauwe plekken te over.
Even te dicht bij en ze hebben je mouw, je haar of je broom te pakken. De donderstenen wachten hun kans af.
De mini-krokodilletjes krijgen 1 x per week kleine stukjes vlees te eten. Het wordt met een lange pincet gegeven. Ze kunnen venijnig bijten.
Vandaag lopen sjouwen met grote bakken vol stukken ananas.
Ik zette de bak half op mijn schouder en ondersteunde hem met mijn hand en hield de bak in evenwicht met mijn andere hand.
Tussen de voedertijden was een lange pauze. Mandy kwam even kijken. Zo konden we van elkaar foto’s maken met de dieren.
Eve, de chimpansee, stal de show. Ze genoot van zoveel aandacht. We konden haar veilig op haar rug krabbelen als ze met haar rug tegen de tralies zat. Ze ging op haar hoofd ( eerder hals) staan, rolde om en lag te schuddebuiken op haar rug.
Mandy zat op het muurtje naast de tralies. We wisselden van fototoestel. Ze stak de mijne in haar broekzak en ging er even goed voor zitten. Het moest een mooi kiekje worden.
Opeens vloog Mandy overeind en riep dat Eve mijn fototoestel had.
We waarschuwden Benson en Kylli. Binnen no-time leek iedereen op de hoogte te zijn. En het werd ons niet in dank afgenomen…
Het leek erop dat het voor Eve een vermakelijk spelletje was.
Natuurlijk wilde ze hem aan niemand teruggeven. Benson en Kylli probeerde het toestel met een grijpstok af te pakken. Ze kreeg speeltjes en lekkere dingen ter afleiding op de hoop dat ze het toestel even vergat en liet liggen zodat Benson kon toeslaan met de grijpstok. Of nog beter, dat ze zich liet verleiden om het toestel te laten liggen en in het andere hok zou gaan.
Langer dan een uur heeft ze zo mijn camera elke hoek van de kooi laten zien.
Niet meer verwacht en toch gebeurde het wonder boven wonder…
Eve liet zich uiteindelijk in het ootje nemen en Kylli kon haar met een schuifdeur scheiden van het toestel.
Vol trots overhandigde hij het me. Het klepje stond open. Het geheugenkaartje en de batterij staken eruit…
Het toestel was vies. De lens was vies…Zou hij het nog doen?
Iemand maakte een foto van ons. En hoe was mogelijk…alles was oké!!

Donderdag 9 januari,

Weer op de quarantaine. Geen fototoestel meegenomen. Ik durfde geen enkel risico meer te nemen.
Benson en Kylli verwelkomden me hartelijk. Het was een nieuwe dag, dus ik moest gisteren vergeten. Wat hun betreft was het vergeven.
Eve liet zich kriebelen op haar rug en achter haar oor.
Ze kreeg van Liesbeth een kartonnen doos met lekkers erin. Hier vermaakte ze zich mee.
Jammer voor Liesbeth, maar ze dacht dat ze de doos van mij had gekregen. Ze stak haar hand door de tralies en liet deze lichtjes wapperen. Ze keek me daarbij lief aan. Het was haar manier van bedanken.
Johanna, de slechtziende drill, mocht ik aaien door haar zachte vacht en ze gaf me een paar likjes op mijn arm.
Ka, de chimpansee, had 2 bakken met water gekregen en een beker. De bakken stonden buiten de kooi. Hij kon er leuk mee spelen.
Mijn laarzen zijn te groot. Hierdoor heb ik al een paar dagen last van blaren.
Na het werk zijn we naar hotel Miramare gegaan waar Wifi is. Op de hoop dat ik hier wel internet kan krijgen. Het leek even te lukken, maar helaas…nee.
Nu 6 dagen achter elkaar gewerkt. Met Liesbeth besproken dat ik een vrije dag zou nemen.
Dan kon ik eindelijk mijn was doen, nieuwe laarzen kopen en wat rusten.

Vrijdag 10 januari,
Eindelijk vrij. Eerst de was gedaan. Op de hand.
Ik hing het binnen op mijn kamer aan een lijntje. Dit maakte de kans kleiner dat er een tse-tse vlieg haar eitjes op zou leggen. Ik griezelde bij de gedachte dat de eitjes uitkwamen en de net geboren wormpjes onder mijn huid zouden kruipen.
Om die kans zo klein mogelijk te houden, moest je de was 3 dagen laten drogen en dan strijken.
Daniel, de nachtwaker, ging met me mee naar Limbé. Ik wilde naar de toeristenkantoor en nieuwe laarzen kopen.
Het voelde niet veilig, omdat alles onbekend was, denk ik. Er zijn nauwelijks toeristen, dus je valt direct op.
Het is me afgeraden om in een taxi te stappen waar verder niemand in zit. De gele taxi’s rijden af en aan. Het is enige automerk dat ik zie is de Toyota.
Het is beter om op een motor te gaan, dan kan je er nog afspringen als je het niet vertrouwt.
Maar met Daniel aan mijn zijde was er niets aan de hand.
Het kantoor bleek niet meer te bestaan. Er was een kantoor in Bohae. Een half uur rijden met de taxi.
Toch maar gedaan, want ik wilde wat meer informatie over mogelijke excursies.
We reden over een weg met aan weerskanten thee plantages.
We zaten met 4 personen klem op de achterbank. Naast de chauffeur zaten nog 2 personen.
Het werd na een kwartiertje rijden meteen koeler.
We moesten 4 verschillende taxi’s nemen. Taxi hoppen dus.
In Bohea werden we in de office als VIPS ontvangen. Er stond een kamer vullende gigantische ronde tafel. Recht tegenover ons nam de dame plaats. De afstand tussen ons moet een belachelijk gezicht geweest zijn.
Ze kon me de excursie naar de Mount Cameroon aanbieden. Er lagen wat vergeelde folders en een kaart van Kameroen met bezienswaardigheden.
Kameroen is bijna 12 x zo groot als Nederland. Dus veel is waarschijnlijk niet mogelijk. De tijd ontbreekt en de afstanden zijn te groot.
Nog niets gereserveerd.
In dit plaatsje is het ook levensgevaarlijk om over te steken. Daniel hield mijn hand dan ook stevig vast en prees God keer op keer als we het gered hadden.
Op zoek naar rubberlaarzen. Een paar stoffige laarzen die waarschijnlijk al een jaartje of wat buiten hingen pasten me niet.
Na wat telefoontjes liepen we naar een winkeltje die zowaar de laarzen bleek te hebben in mijn maat. Daniel bedelde er letterlijk francs af en ze kostten al bijna niets.
Vier taxi’s en een motorbike later was ik thuis.
Veel rust heb ik niet gehad, maar morgen weer vrij.

Zaterdag 11 januari
Dagje lavastrand
Iedereen in het vrijwilligers huis had een vrije dag.
Opeengestapeld in een taxi reden we naar Madison Beach. Een lava strand. Het fijne zand was zwart met een vleugje rood.
We lagen op ligbedden op een verhoogd terras. Met een mooi uitzicht op zee.
De verhuurder waarschuwde me voor vallende kokosnoten en sleepte snel het ligbed naar een veilige plek. Naast een kleine vuilstortplaats. Nou ja, dit is Kameroen.
Op verscheidene plaatsen was het prachtige strand bedorven door afval. Vooral plastic.
Niemand maalt erom.
Het water was heerlijk van temperatuur en schoon. Het door wolken omfloerste zonnetje, de bruin getinte zee, de witte bruisende branding, het zwarte zand…
Vanuit de zee zag ik Mount Cameroon in de mist (of stof) en de groene rainforest van Mount Etinde.
Alle onduidelijkheden, miscommunicaties…ik kon het even vergeten…hier kwam ik even tot rust en voelde me vrij.
Het strand was verlaten, dus niemand zou raar opkijken…hardlopen…en dan nogmaals een duik in de golven. Zeer verfrissend na 8 dagen acclimatiseren in Kameroen en een douche met hooguit 5 straaltjes water.

















  • 09 Februari 2014 - 21:54

    Yvonne Kakebeen:

    Hallo Willeke,

    Fijn dat je weer veilig thuis bent na je avontuur! Ik kijk nu al uit naar je verhalen en foto's!
    groetjes
    Yvonne

  • 10 Februari 2014 - 15:39

    Lenny:

    Dag Willeke, fijn om te lezen dat jij blij bent om weer thuis te zijn.
    W.s geniet je van het feit dat er elke morgen brood in de broodtrommel ligt om te ontbijten of ..zou je

    Ik hoor graag je verhalen als wij elkaar weer gaan ontmoeten.

    tot ziens, liefs Lenny

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Willeke

Actief sinds 16 Dec. 2012
Verslag gelezen: 5622
Totaal aantal bezoekers 23857

Voorgaande reizen:

02 Januari 2014 - 06 Februari 2014

Cameroon Limbe Wildlife Centre

01 Januari 2013 - 06 Februari 2013

vrijwilligerswerk Kenia

Landen bezocht: